Het belang van onderhoud van houten schrijnwerk
Hout ‘begrijpen’
Hout is een natuurlijk materiaal dat voortdurend reageert op zijn omgeving. Veranderingen in temperatuur, vochtigheid en blootstelling aan zonlicht kunnen allemaal invloed hebben op het uiterlijk en de structurele integriteit. Verschillende soorten hout hebben ook verschillende kenmerken, zoals hardheid, nerfpatronen en gevoeligheid voor rotting. Om die natuurlijke fenomenen tegen te gaan, zijn er een aantal onderhoudstips die we als vakman aan de klant kunnen meegeven.
Binnenschrijnwerk
- Regelmatig schoonmaken: stof, vuil en viezigheid kunnen zich na verloop van tijd ophopen op houten oppervlakken, waardoor ze er dof uit gaan zien en uiteindelijk gaan rotten. Regelmatig schoonmaken is essentieel om deze verontreinigingen te verwijderen. Gebruik een zachte, droge doek of een stofzuiger met borstelhulpstuk om stof en vuil voorzichtig van houten oppervlakken te verwijderen.
- Voorkom waterschade: ook binnen is hout is gevoelig voor waterschade, wat zwelling, kromtrekken en rot kan veroorzaken. Plaats natte voorwerpen niet rechtstreeks op houten oppervlakken en ruim gemorste vloeistoffen onmiddellijk op om te voorkomen dat vocht in het hout sijpelt. Bescherm houten meubels tegen waterkringen en vlekken.
- Controleer de vochtigheid: door schommelingen in de luchtvochtigheid kan hout uitzetten en krimpen, wat kan leiden tot scheuren en gaten in meubelverbindingen en vloeren. Zorg voor een stabiele luchtvochtigheid binnenshuis, idealiter tussen 40% en 60%, om deze effecten te minimaliseren. Overweeg het gebruik van een luchtbevochtiger of ontvochtiger om de luchtvochtigheid te reguleren.
- Beschermen tegen zonlicht: langdurige blootstelling aan zonlicht kan houten afwerkingen vervagen en verkleuren, en zelfs sterk verweren, waardoor ze hun glans verliezen. Plaats houten meubelen uit de buurt van direct zonlicht of gebruik gordijnen, jaloezieën of UV-beschermende coatings om ze tegen de schadelijke zonnestralen te beschermen.
- Controleer op schade: inspecteer het houtwerk regelmatig op tekenen van schade, zoals scheuren, barsten of tekenen die op de aanwezigheid van insecten wijzen. Pak eventuele problemen meteen aan om verdere schade te voorkomen. Repareer kleine beschadigingen met houtvuller of epoxyhars. Voor uitgebreidere reparaties of restauratiewerkzaamheden is de hulp van een vakman aangewezen.
- Gebruik meubelonderleggers: om krassen en deuken op houten vloeren en meubels te voorkomen, kan men gebruikmaken van vilten of rubberen onderleggers onder zware voorwerpen zoals meubelpoten en apparaten. Deze onderleggers bieden demping en verminderen wrijving, waardoor de levensduur van het houtwerk wordt verlengd.

langdurige blootstelling aan zonlicht kan houten afwerkingen vervagen, verkleuren en zelfs sterk verweren
Buitenschrijnwerk
Onderhoudswerkzaamheden aan buitenschrijnwerk hebben niet alleen betrekking op de houtafwerking zelf, maar ook op het hang- en sluitwerk, de soepele voegen ter verzekering van de lucht- en waterdichtheid en alle andere schrijnwerkdelen zoals beglazing, kitvoegen, glaslatten, dichtingen ter verzekering van de luchtdichtheid, ontwateringsgroeven, soepele aansluitvoegen, vleugels, vast kader en decompressiekamer.
Het onderhoud van de afwerking is zeer belangrijk, omdat ze een vierledige doelstelling heeft:
- Verfraaiing van het uitzicht
- Verlenging van de levensduur van het schrijnwerk
- Bescherming van het hout tegen de klimaatvoorwaarden zoals de fotochemische aantasting door de ultraviolette straling (UV) van het zonlicht en grote schommelingen van het vochtgehalte van het hout als gevolg van aflopend water, bezonning, de relatieve luchtvochtigheid, droge wind, … Ook het uitspoelen van inhoudsstoffen en vlekvorming door vocht maken deel uit van het onderhoudsplan.
- Vereenvoudiging van het onderhoud.
Waterdampdoorlaatbaar
Op het hout aangebrachte afwerkingsproducten vereisen eveneens een regelmatig onderhoud dat afhankelijk is van het gebruikte product. In principe beschermt de afwerking van het schrijnwerk het hout niet tegen aantasting door schimmels en insecten. Beschermingsafwerkingssystemen op basis van C2-producten (zie verder) vormen hierop echter een uitzondering. De producten die gebruikt worden voor buitentoepassingen moeten bestand zijn tegen de weersinvloeden, waterdampdoorlaatbaar zijn en bij voorkeur ook pigmenten bevatten ter bescherming tegen UV-straling. Het binnenoppervlak van vensters en deuren moet zodanig afgewerkt zijn dat dit minder dampdoorlaatbaar is dan het buitenoppervlak. De aanwending van filmvormende vernissen wordt afgeraden voor buitentoepassingen, maar is wel uiterst geschikt voor een binnenafwerking.

Vergrijsd hout kan mooi zijn, maar is niet op alle houtsoorten van toepassing
Vergrijzen
Het antwoord op deze vraag is simpel: ja! Klanten kunnen ervoor kiezen houten deuren of ramen toch op een natuurlijke manier te laten verouderen, omdat dat een mooi effect geeft. In dat geval doet de klant er toch goed aan om een duurzame houtsoort (klasse 1) te kiezen. Deze is namelijk het best bestand tegen de invloeden van weer en insecten. Zonlicht in het bijzonder veroorzaakt een chemische reactie met de cellulose in het hout. Blootstelling aan UV-stralen maakt dat de cellulose aangetast wordt, wat vervolgens een chemische afbraak veroorzaakt. Het resultaat hiervan is dat het hout van zijn oorspronkelijke ruwe kleur verandert in een grijze, zilverachtige glans. Ook wind en regen spelen hun rol in het vergrijzen. Het gevaar is dat deze patina zich niet gelijkmatig over het oppervlak van de houten ramen vormt, doordat bepaalde delen van het schrijnwerk meer aan de elementen worden blootgesteld dan andere. Zo zal de bovenrand van het raam minder wind en regen vangen, en dus minder snel verkleuren, dan het onderste gedeelte.
Naaldhout vs zachthout
Er is wel een verschil tussen naaldhout en hardhout:
- Naaldhout: als zachthout zoals ceder en geel grenen grijs begint te worden, is dat een teken dat het te lijden heeft. Splijten, kromtrekken, buigen, splinteren, … is het teken dat het hout moet worden vervangen.
- Hardhout: duurzaam hardhout wordt niet echt ‘aangetast’ als het grijs begint te worden. Hardhout is erg ‘dicht’, dus als het grijs begint te worden, zullen de oliën in het hout helpen om het product stabiel te houden. Onbehandeld hardhout ziet er verfijnd uitzien en blijft jarenlang flexibel weerstand bieden tegen de weersomstandigheden.

Zachthout moet beschermd worden met een ‘afdichtingsmiddel’
Hoe beschermen?
Zoals eerder aangegeven kan men ervoor opteren om hardhout met rust te laten. Verwering het hangt immers af van de persoonlijke voorkeur. Zachthout daarentegen moet beschermd worden met een zogenaamd ‘afdichtingsmiddel’. Welke verzegeling wordt gebruikt, hangt af van het uiterlijk dat men wil bereiken en hoeveel tijd en geld er in het onderhoud wordt gestopt.
- Vernis is minder geschikt voor buitenschrijnwerk. Doordat ze transparant is, houdt ze het zonlicht minder goed tegen, waardoor de houten ramen sneller verkleuren. Daardoor moet je bijna elk jaar de vernislagen bijwerken.
- Hoewel beitsen net als vernis transparant zijn, zijn ze wél geschikt voor de bescherming van hout. Voordeel is dat beits het hout ‘voedt’ en het vocht afvoert, zodat het niet begint te rotten.
- Ook olie(verf) zorgt ervoor dat het vocht uit de houten ramen kan om houtrot te voorkomen. Bovendien komt bij olie het natuurlijke uitzicht van het hout het meest tot zijn recht. Olieverf vormt geen film op het hout, maar dringt er diep in.
- Lak of lakverf is een dekkende verfsoort, in hoog- of zijdeglans, en zeer geschikt voor buitenschrijnwerk. Deze verf biedt het hout een bescherming van vijf tot zelfs acht jaar. Vaak moet de lakverf wel in twee lagen worden aangebracht om het hout volledig te dekken. Bij lakken is er keuze uit solventgedragen alkydlakken en watergedragen acrylaat- en alkydlakken.

Verf vormt een duidelijke beschermingslaag, maar bevat in principe geen biocide
Kleurvormende afwerkingsproducten
- C2: beperkt laagvormende lazuur of buitenbeits met (blauw- en houtrot)fungicide. De producten zijn gepigmenteerd en zorgen voor een dunne laagvorming. De indicatieve laagdikte per behandeling is 15-20 µm (droog).
- C3: beperkt laagvormende lazuur of buitenbeits zonder houtrotfungicide. Ook C3 producten zijn gepigmenteerd. Zij zorgen voor een duidelijke laagvorming. De aanwezige blauwfungicide beschermt enkel de filmlaag. Indicatieve laagdikte per behandeling is eveneens 15-20 µm (droog).
- CTOP: laagvormende gepigmenteerde lazuur of TOP creëert een duidelijke laagvorming en bevat meer droge stof (35-60% tegenover 20-35% bij C2 en C3). De blauwfungicide beschermt enkel de filmlaag. Indicatieve laagdikte per behandeling is ≥ 20 µm (droog).
- VERF ten slotte is gepigmenteerd en vormt een duidelijke laag dankzij het hogere drogestofgehalte (+50%). Normale verf bevat in principe geen biocide. De indicatieve laagdikte per behandeling ligt boven de 30 µm (droog).