Creaplan: de standenbouwer die zichzelf heruitvond

Kunnen jullie eerst even schetsen wat Creaplan vandaag precies doet, heren?

Vincent Lievens: “Klanten kunnen vandaag voor veel meer dan beursstanden bij ons terecht. We verzorgen ook interieurs op maat en events, waarbij we naast de interieurelementen ook het audiovisuele luik en online broadcasting voor onze rekening nemen. We hebben een uitvalsbasis in Nazareth en Amersfoort en zijn vooral in Europa actief, maar soms ook in de VS en Dubai.”

Hoe kregen jullie buiten onze landsgrenzen een voet tussen de deur?

Gregory Desomer: “Creaplan heeft altijd voor topmerken gewerkt, en heel wat van die Belgische bedrijven waren ook internationaal actief of ambieerden dat toch. Creaplan werkte een pakketformule uit om hen daarbij te ondersteunen, en daarin was de ontwikkeling van de standen voor internationale beurzen inbegrepen. Onze naambekendheid groeide gestaag en de voorbije jaren mochten we al enkele World Exhibition Stand Awards in ontvangst nemen. Recent werden we door de Exhibitor Group, dé referentie in de Amerikaanse eventsector, uitgeroepen tot Best International Exhibit Producer 2023. Het was voor het eerst dat die eer te beurt viel aan een niet-Amerikaans bedrijf.”

Hoe kwamen jullie uit de covidcrisis? Als standenbouwer moet de impact enorm geweest zijn.

Vincent: “De timing kon niet slechter zijn. De structuur werd net herzien om een volgende groeifase aan te kunnen toen corona als een hamer op ons hoofd viel. Creaplan werd in 1994 door Dirk Deleu en zijn echtgenote Ann Vancoillie opgericht. Onder hun leiding groeide het bedrijf uit tot een uit de kluiten gewassen KMO. In 2003 richtten ze een tweede onderneming op. Met Aluvision brachten ze alle mogelijke aluminium elementen en toebehoren op de markt die je voor de ontwikkeling van een modulaire beursstand nodig hebt. Hiermee wilden ze de sector verduurzamen, want het systeem laat toe om een beursstand modulair op en af te bouwen, in plaats van af te breken, en om de onderdelen telkens opnieuw te gebruiken. Het bleek een schot in de roos. In die mate dat ze het alleen niet meer konden bolwerken. Bijkomend kapitaal werd gezocht en gevonden, het middenkader werd uitgebreid en er stonden verschillende overnames op de planning. Maar toen viel alles stil.”

Gregory: “Tijdens de allereerste dagen hebben we met onze wanden de medische sector ondersteund waar we dat konden. Eens de chaos wat ging liggen, startten we met de ontwikkeling van allerhande premium ‘safety solutions’: displays voor mondmaskers en ontsmettingsgel, heat displays met warmtesensoren om de lichaamstemperatuur te meten, veiligheidsmeubilair en andere oplossingen voor bedrijven en organisaties. We hebben daar het nieuws mee gehaald toen de eerste lockdown eindigde, waarna de telefoons dagenlang roodgloeiend stonden. Zo konden we onze mensen werkzekerheid blijven bieden en verlegden we focus naar interieur.”

Het lijkt me niet evident om zo snel te schakelen?

Vincent: “Eenvoudig was het niet, maar we hadden wel de nodige interieurarchitecten, schrijnwerkers en schilders in dienst, alleen zetten ze hun skills toen nog niet in om interieurs te maken. We zijn heel snel van nul naar een omzet van vijf miljoen euro geëvolueerd en konden aan de slag voor klanten als Unilin, BSH, Decathlon, Worldline, KAA Gent, VSOA en Niko Home Control. Geen particuliere projecten dus, maar showrooms, meetingrooms en kantoorinrichting. We mochten onder andere het belevingscentrum in Tour & Taxis vormgeven, de showroom van Velux en recent die van Lamett. Beleving creëren en het DNA van het bedrijf tot uiting brengen in het interieur staan voor ons centraal.”

Gregory: “Sinds corona zetten we ook veel meer in op technologie, met audiovisuele ondersteuning en broadcast solutions om vanop afstand en op een hybride manier events en keynotes te ondersteunen. Bij bedrijfs- en sportevenementen en in toonzalen wordt beleving steeds belangrijker. Schermen met 360° rotatie, holografische projectie, … we volgen de trends en innovaties op de voet.”

Van welke innovatie verwachten jullie in de toekomst veel?

Gregory: “We zijn benieuwd hoe artificiële intelligentie ons zal kunnen helpen om onze processen verder te optimaliseren. We zitten nog in een exploratieve fase, maar geloven er zeker in.”

Hoe doet de beurssector het vandaag?

Vincent: “Zeker in de B2B-markt heeft de situatie zich hersteld. Er is een grote honger naar echte ontmoetingen. Het gemak waarmee je als bezoeker verschillende aanbieders kunt ontdekken en hun aanbod kunt vergelijken, maakt dat beurzen relevant blijven. En voor exposanten is het een veel betere manier gebleken om te connecteren met potentiële klanten dan de digitale kanalen. Bij sterke bedrijven horen we dat het net in uitdagende tijden als deze belangrijk is om te blijven connecteren met klanten. Beurzen worden sinds covid meer dan vroeger ondersteund met displays en virtuele middelen. Technologie is er niet meer weg te denken. Vorig jaar realiseerden we 420 projecten, waaronder 200 standen, 150 events, 50 broadcasting events en 20 interieurs.”

Jullie werken voor mooie merken. Wat maakt dat zij graag met jullie samenwerken?

Gregory: “Enerzijds dat we hen echt alles uit handen nemen, maar vooral dat we de klemtoon op een premium afwerking en ervaring leggen. Ook al is een stand er maar tijdelijk, hij moet er voor ons uitzien als een nieuw en perfect afgewerkt interieur. Met de beste verlichting, de laatste nieuwe schermen, stand analytics tot catering toe. De standen moeten de identiteit van de merken perfect weergeven. We kunnen dat alleen realiseren omdat we op een topteam kunnen terugvallen waar perfectionisme zit ingebakken.”

Je zei al dat beleving creëren belangrijk is. Kan je wat meer vertellen over jullie manier van werken?

Vincent: “Een interieur of stand moet echt overbrengen wie een klant precies is. Dat ontdekken we tijdens de briefing en vertalen we naar een ontwerp. Het opbouwen van een stand moet gebeuren in een beperkte tijdsspanne. Timing is cruciaal, er komt enorm veel bij kijken. Het meubilair monteren, schilderen, nutsvoorzieningen aansluiten en verlichting installeren is de basis. Met audiovisuele en interactieve toepassingen creëren we extra beleving en impact. Daarbovenop bieden we hospitality services, catering, gadgets en foto- en videoreportages aan zodat klanten het hele traject aan ons kunnen toevertrouwen.”

Daar hebben jullie een groot team voor nodig?

Gregory: “Een 75-tal mensen zijn vast in dienst en daarnaast werken we met meer dan 150 freelancers samen. Dat zijn schrijnwerkers, schilders, vloerders, elektriciens en andere bouwprofessionals die stuk voor stuk krak in hun vak zijn. Reken dat er een 18-tal eigen mensen aan een stand werken, aangevuld met verschillende freelancers. Planningssoftware en een app helpen ons om alles in goede banen te leiden.”

Vincent: “De ‘war for talent’ is onze grootste uitdaging. Het werk is intens, de lat ligt hoog en deadlines zijn heilig, want een beurs wacht niet. Met een 9-tot-5-mentaliteit kom je er hier niet, maar daar staan heel wat voordelen en een hechte teamspirit tegenover. Ook onze freelancers worden uitgenodigd als we activiteiten organiseren. Het werkt, want het verloop is hier bijzonder klein. Toch is het niet evident om mensen met de juiste kennis én inzet te vinden. We leiden intern mensen op en werken nauw samen met technische scholen uit de streek. Studenten kunnen hier altijd stage volgen en dan voelen we snel of iemand bij het bedrijf past.”

Jullie hadden het over modulaire standen. Het lijkt me moeilijk om van een beursstand een duurzaam product te maken?

Gregory: “We streven ernaar om alle elementen uit een beursstand na de afbouw te recupereren en opnieuw in te zetten. Onze ontwerpers moeten daarom modulair denken en werken. Een stand bestaat uit verschillende bouwstenen waarmee ze kunnen spelen. Met software houden we bij wat op elk moment beschikbaar is, gaande van wanden over aluminium frames en vloerelementen tot schermen. Met een track-en-trace-systeem houden we bij waar alle elementen zich bevinden. Wanneer beurselementen hier na gebruik terugkeren, meten we de schade op en voeren we eventuele herstelwerken uit voor ze weer in de catalogus worden opgenomen. Is hergebruik echt niet meer mogelijk dan kiezen we voor recyclage. Als je het goed aanpakt, is duurzaam te werk gaan niet alleen vanuit ecologisch, maar ook vanuit economisch standpunt interessant.”