Hoge faillissementscijfers bouw vragen dringend om maatregelen
Hoge kosten, lage winstgevendheid
"De faillissementscijfers scheren al langer hoge toppen. De vorig jaar sterk gestegen hypothecaire rente, de hoge weliswaar stabiliserende bouwmateriaalprijzen, de uitzonderlijke hoge loonindexatie in 2023 en de zwaar beperkte maatregelen voor sloop- en heropbouw zijn belangrijke redenen voor de hoge cijfers", reageert Bouwunie-topman Jean-Pierre Waeytens. De bouworganisatie ziet de slechte cijfers ook weerspiegeld in haar eigen driemaandelijkse Bouwbarometer. "Het zit niet goed met het vertrouwen van onze bouwbedrijven. De Barometer strandt op 96,7 punten, dat is even slecht als eind vorig jaar. Vooral de lage winstgevendheid en hoge kosten blijven de bouwondernemers zorgen baren.”
Lichtpunt(je)
Bouwunie ziet evenwel een lichtpuntje. "De orderboekjes zijn voor het eerst sinds lang weer beter en langer gevuld. Al kunnen we pas eind dit jaar de eindafrekening maken en zien of de positieve trend zich doorzet. Tot dan zullen we moeten doorbijten". Bouwunie vraagt wel dringende maatregelen. Zoals het herbekijken van de nu ingeperkte maatregel sloop-en heropbouw. Sloop- en heropbouw moet altijd aan 6 procent kunnen zonder beperkingen en ook bij verkoop en/of promotie. Daarnaast herhaalt Bouwunie het voorstel om een belastingvoordeel voor bouwers en verbouwers in te voeren.
Bouwuitgaven en -investeringen
Concreet pleit ze ervoor om 15 procent van alle bouwuitgaven en -investeringen aftrekbaar te maken van het belastbaar inkomen om kandidaat (ver-)bouwers aan te moedigen hun planning effectief te laten uitvoeren. Met een plafond van 7.000 euro per jaar en op voorwaarde dat je officiële facturen van aannemers kan voorleggen. Dus de maatregel geldt niet voor doe-het-zelvers. Voor energiebesparende uitgaven kan dat plafond verhoogd worden tot 9.000 euro. Een voorbeeld: je belastbaar inkomen is 30.000 euro. Na de belastingen blijft daar nog ongeveer 15.000 tot 20.000 euro van over. Deed je bouwuitgaven met een plafond van 7.000 euro, dan is je belastbaar inkomen geen 30.000 euro, maar 23.000. In plaats van 10.000 tot 15.000 euro belasting betaal je dan “maar” 6.500 tot 11.500 euro belasting. Ofwel een voordeel van 3.500 euro.